Nadia: “Er wordt verwacht dat ik me aanpas, maar ik ben bang dat ik mijn identiteit verlies”
21 november 2024Vanaf het moment dat ik hier kwam wonen, voelde ik me alsof ik auditie deed voor een rol die ik nooit helemaal zou krijgen. Iedereen leek een mening te hebben over hoe ik moest praten, eten of zelfs lachen. Het was alsof ik een kameleon moest zijn, altijd aan het veranderen om bij de omgeving te passen. Maar hoe verander je zonder jezelf kwijt te raken? En trouwens, wat is er mis met mijn originele kleur?
Ik ben trots op mijn roots. Mijn taal, mijn cultuur, en zelfs het eten dat sommigen “te sterk ruikend” vinden, maken mij wie ik ben. Toch word ik constant geconfronteerd met goedbedoelde maar ongemakkelijke opmerkingen. Een collega vroeg me eens oprecht: “Waarom spreek je niet zonder accent? Je bent hier nu toch al een tijdje.” Of die keer dat iemand op een feestje zei: “Je kleding is zo kleurrijk, heel apart!” Het is alsof ik moet uitleggen waarom ik besta zoals ik besta.
Het gaat verder dan alleen woorden. Soms lijkt het alsof ik in een grijze zone leef, gevangen tussen twee werelden. Familieleden zeggen dat ik te veel verander, terwijl mensen hier vinden dat ik niet genoeg verander. “Je bent niet traditioneel genoeg,” hoor ik van de ene kant, en “je bent nog niet helemaal geïntegreerd,” van de andere. Het voelt als een wedstrijd waarin ik nooit win.
Het meest pijnlijke moment was toen een vriend vroeg waarom ik me zo vastklampte aan mijn geboorteland. Hij zei het niet gemeen, meer nieuwsgierig: “Je woont hier nu toch? Zou je je niet meer op deze cultuur moeten richten?” Het klonk als een simpele vraag, maar het raakte me diep. Alsof mijn verleden een onhandige rugzak is die ik beter thuis kon laten.
Het probleem is niet dat ik me niet wil aanpassen. Ik leer de taal, vier feestdagen mee, en geniet zelfs van haring (nou ja, met genoeg uitjes). Maar ik vraag me af: wanneer is het genoeg? Moet ik al mijn tradities opgeven? Moet ik de geur van specerijen uit mijn keuken verbannen? En als ik dat doe, wie ben ik dan nog?
Er zijn ook mooie momenten. Zoals wanneer ik vrienden kennis laat maken met mijn keuken en ze verbaasd zijn hoe lekker het is. Of wanneer ik kinderen zie spelen, zich niet bewust van de verschillen die volwassenen zo belangrijk maken. Misschien is daar de sleutel: leren accepteren zoals een kind dat doet.
Wat me vooral bezighoudt, is hoe dit mijn kinderen zal beïnvloeden. Zullen zij dezelfde tweestrijd voelen? Moeten zij ook kiezen tussen twee werelden? Of kan ik hen leren dat ze beide kunnen omarmen zonder zich te verantwoorden?
Ik geloof dat diversiteit een kracht is, geen last. Het zou prachtig zijn als mensen dat meer zouden zien. Waarom niet genieten van het beste van beide werelden in plaats van te kiezen? Mijn cultuur is geen museumstuk en mijn identiteit geen kleed dat ik zomaar uitwissel. Het is wie ik ben.
Dus blijf ik proberen. Ik draag mijn traditionele kleding met trots, zelfs als het blikken trekt. Ik kook de gerechten van mijn jeugd en laat mijn kinderen onze taal horen. Tegelijkertijd leer ik hen open te staan voor nieuwe dingen, want identiteit is geen vaststaand iets, het is een reis.
Ik hoop op een toekomst waarin niemand meer hoeft te kiezen tussen wie ze zijn en wie ze willen worden. Waar je simpelweg jezelf kunt zijn, zonder dat iemand vraagt om uitleg. Tot die tijd blijf ik dansen op het dunne koord tussen aanpassen en trouw blijven aan mezelf. En ja, soms struikel ik. Maar dat maakt me alleen maar sterker.
Bron: Nieuwsforum